Op bezoek, bellen

Het kunnen bezoeken van Anna Sophie is voor ons allebei belangrijk. Een keer per week een uurtje bij haar, in het weekend een dag thuis. Het is ouderwets vertrouwd. Op zaterdag het gezin compleet, samen lunchen. Ze gebaart huis of huis Anna Sophie. Ze snapt het verschil. Liever blijft ze thuis, maar als ik haar naar haar huis breng, loopt ze resoluut naar binnen. Ik mag nog zwaaien bij de deur, maar binnenkomen is niet de bedoeling.

Op woensdag mag ik wel naar binnen. Op bezoek bij haar, snel door de gang, geen andere bewoners tegenkomen en een uurtje op haar kamer spelen. Ze gebruikt mijn lengte als hulpmiddel om het speelgoed dat ze op de kast heeft gegooid te pakken.

De dagen lengen. Nog even en we kunnen we weer een rondje door het bos lopen. Dennenappels gooien, blaadjes voelen en met het zand spelen. Nu zijn we op haar kamer. Ze pakt mijn telefoon en maakt duidelijk met wie ze wil bellen. Eerst haar begeleider van vroeger. Daarna blaast ze lucht door haar lippen als een trompet. Dat is het teken om haar tante te bellen. Bij het overgaan kijkt ze verwachtingsvol naar het beeld, ze ziet alleen zichzelf.

Ineens is daar de verbinding. De schaterlach komt er nu al uit. Na een paar minuten tikt ze op het scherm om dan het rode rondje aan te tikken. Weg verbinding. Ze pakt mijn hand en legt die op haar rug, voor mijn andere hand geldt hetzelfde. Een massage is het doel. Natuurlijk krijgt ze dat voor elkaar. Ze ligt op haar buik en kijkt om de bedrand heen naar haar moeder. Genietend, lachend.

Leave a Reply

Skip to content