Van melk naar werk

Een kleine gebeurtenis of verandering kan grote gevolgen hebben. Mijn dochter Anna Sophie heeft het Helsmoortel-Van der Aa-syndroom, wat bij haar onder andere leidt tot een ontwikkelingsachterstand. Dit heeft invloed op mijn werkkeuzes, zowel in flexibiliteit als in de branche waarin ik werk.

Anna Sophie communiceert op diverse manieren. Al vanaf haar babytijd maakt ze zich kenbaar door te lachen en te huilen. Haar gezichtsuitdrukkingen, blik, houding en bewegingen zeggen veel. Praten is moeilijker; ze kan enkele klanken maken, zoals mama, tsjsje voor zusje, trrr voor broer, en pp voor mij.

We probeerden te communiceren met pictogrammen, maar ze vond het spelen met de kaarten leuker. Foto’s werkten iets beter, maar aanwijzen op een foto was minder aantrekkelijk dan wachten tot ze het voorwerp kon pakken. Een spraakcomputer leek een optie, maar het eindigde in hard en vaak op de knoppen drukken.

“Gebaren, is dat wat?” vroegen ze bij het Kinderdagcentrum. We bezochten een informatieavond en leerden enkele gebaren. Caroline had ons jaren eerder al wat gebaren geleerd.
De ontwikkelingsleeftijd van Anna Sophie is al lang rond de anderhalf jaar, met variatie tussen functies. In communicatie maakt ze grote stappen.
Ondanks dat artsen voorspelden dat ze niet zou kunnen lopen vanwege haar heup, zette zij door. Nu loopt ze kleine stukjes, en voor lange afstanden gebruiken we de wandelwagen of rolstoel. Met doorzetten en haar eigen wil zet ze grote en kleine stappen.

Anna Sophie wilde melk. Eerst moest ze het gebaar ervoor leren: twee vuisten op en neer alsof je een koe melkt. Ze krijgt haar drinken in kleine hoeveelheden, het gebaar kon ze dus vaker oefenen. Na enkele dagen begreep ze het gebaar en begon ze het zelf te maken. Ze wist niets van koeien melken, maar koppelde het gebaar aan melk. Dit was een grote beloning, ze kon zelf vragen wat ze wilde, ook zonder aanwijzen.

Gebaren bleken krachtig. Na melk volgden andere gebaren. Ze kon ineens duidelijk maken wat ze wilde, iets drinken, een schone luier, een ijsje of zwemmen. Haar begeleiders leerden ook gebaren. In planbesprekingen spreken we af welke nieuwe gebaren we gaan leren. Anna Sophie leerde en gebruikt ze, soms in haar eigen variant. Ze communiceert duidelijk. Als haar wordt gevraagd te gaan douchen, dan stelt ze voor in bad te gaan. Wil ze drinken, dan gebaart ze bijvoorbeeld water, melk, thee of limonade. Is ze moe, dan gebaart ze dat ze wil slapen.

Dit alles begon met een enkel gebaar. We zijn jaren verder en ik werk bij GGMD voor Doven en Slechthorenden en ik ben lid van het Adviescollege NGT.
Voor iedereen van en voor wie de Nederlandse Gebarentaal is, dankjewel. Aan alle dove mensen die ondanks het verbod in 1880 toch bleven gebaren: bedankt.
Gebaren = communiceren. Communiceren = meedoen. Gebaren in het onderwijs, zorg, op het werk en in vrije tijd. Van mij mag iedereen de kans krijgen gebaren te leren.

Leave a Reply

Skip to content